Het centrum voor luistertherapie is gesloten.

Ben je een collega en geïnteresseerd in een samenwerking voor onze leads? Neem dan contact op via dit contact formulier.

De apparatuur

Hoe werkt de luistertherapie? Top

Bij luistertherapie wordt elke stap van de ontwikkeling van de geluidswaarneming systematisch ingeprent. Bij de luistertraining wordt een elektronisch apparaat geplaatst tussen de geluidsbron (=cd-speler) en de speciale koptelefoon (die geluid geeft via zowel botgeleiding als via luchtgeleiding). Hierdoor kunnen d.m.v. speciale elektronische filteringschakelingen bepaalde frequenties van muziek, stem of taal therapeutisch gebruikt worden.

Door elektronische balansschakelingen worden de spiertjes van het middenoor afwisselend gespannen en ontspannen, waardoor een soort fysiotherapie van de spiertjes in het middenoor ontstaat.

De therapie verbetert het evenwicht tussen been- en luchtgeleiding. Het stimuleert de auditieve lateraliteit (= rechteroordominantie). Het versterkt de coördinatie tussen beide oren en de hersenen. Beide oren worden meer gelijk gemaakt, waardoor je beter in balans bent, steviger met 2 voeten op de grond staat (vaak letterlijk en figuurlijk), waardoor je je beter voelt en alles gemakkelijker gaat.
Het verbetert de mogelijkheid je beter op specifieke geluiden te richten en andere, niet relevante geluiden, naar de achtergrond te verdringen.


Het elektronisch oor Top

Het elektronisch oor heeft 2 ingangen (C1 en C2), één voor de cd-speler en één voor de microfoon. Op de uitgang kunnen een aantal microfoons (met vibrator) worden aangesloten. Het signaal van de ingang wordt versterkt doorgegeven naar de uitgang, waarbij de versterking van de luchtgeleiding en die van de beengeleiding onafhankelijk van elkaar gevarieerd kunnen worden. Ook de balans tussen links en rechts kan ingesteld worden. Het geluid kan gefilterd of ongefilterd, met een instelbare ondergrens, op frequentie worden doorgelaten. De instelbare filter kan per cd vast blijven of langzaam variëren op- of aflopend, naar of van, een bepaalde frequentie (meestal is dit 8000 Hz).

Een bijzondere eigenschap is de splitsing van het geluid in een passief en actief kanaal. In het passieve kanaal worden binnen de ingestelde frequentieband de lage tonen versterkt en de hoge tonen verzwakt. In het actieve kanaal worden, juist omgekeerd, de hoge tonen versterkt en de lage tonen verzwakt. Hierbij wordt een onderscheidt gemaakt tussen been- en luchtgeleiding. De beengeleiding is sneller en maakt het oor als het ware gereed voor luisteren via de luchtgeleiding. Het elektronisch oor stimuleert zo de werking van het echte oor. Hierbij is de latentieperiode de tijd die verstrijkt tussen het geluidssignaal bij het bot tot het signaal bij de oren via de hersenen.
Bij een zwak geluid werkt het apparaat in het passieve kanaal (veel lage tonen). Indien een instelbare intensiteitsdrempel overschreden wordt, springt de beengeleiding naar het actieve kanaal (veel hoge tonen), met een bepaalde instelbare vertraging. Nadat de beengeleiding versprongen is, zal ook de luchtgeleiding volgen, afhankelijk van een bepaalde vertraging. Als het geluid weer terugzakt onder de intensiteitsdrempel, dan springen beide geleidingen terug naar het passieve kanaal en begint het hele proces opnieuw.

Bij een juiste afstelling van het apparaat zal regelmatig een passieve en actieve fase optreden. In de passieve fase ontspant het trommelvlies, in de actieve fase spant het zich. Dit resulteert onder andere in een soort massage van het oor, met name van de antagonistische spiertjes (= osteomusculaire gymnastiek). Bovendien worden andere processen, zoals het activeren van de corticellen en oplading van de hersenen, regelmatig afgewisseld met kleine rustperioden.

Het elektronisch oor biedt dus het luisterende oor van de cliënt voortdurend een in- en ontspannende fase aan met behulp van specifiek gefilterde muziek. Door de intensieve training van de oorspiertjes, de corticellen, de zenuwbanen en oplading van de hersenen met hoge frequenties (via opfiltering) kan het luisteren verbeterd worden.


De koptelefoon Top

De koptelefoon heeft 2 ingangen, één voor de luchtgeleiding (via je oren) en één voor de botgeleiding (boven op je hoofd). De muziek wordt afwisselend via lucht- en botgeleiding aangeboden.